Rob Saager twijfelde even voordat hij instemde met het interview. ‘Ik ben geen zeeheld, ik ben gewoon vrijwilliger bij Stichting Zebra.’ Maar juist het vrijwillig afleggen van huisbezoeken bij bewoners van 74 en ouder, is de reden dat hij op een vrijdagochtend in de Heldenhoek aanschuift voor een gesprek. ‘Hopelijk zijn er een paar mensen die denken; ik heb wel een paar uurtjes tijd.’
Ruim vijftig jaar woont Rob in Den Haag, sinds 1985 in het Zeeheldenkwartier. Destijds, vertelt hij, was het al een gezellige wijk; leuke huizen, mooie winkels, het Zeeheldenfestival. ‘Langzamerhand ben ik wel een Hagenaar, ik voel me ook prima thuis in de wijk.’
In dit stadsdeel, en in Kortenbos, legt hij informatieve huisbezoeken af. Een lijst van bewoners boven de 74 wordt in samenwerking met de ouderenconsulent verdeeld over een groepje vrijwilligers.
Rob ritst zijn tas open legt een paar formulieren naast het dienblad met mokken en koppen. In het koffiezetapparaat pruttelt de koffie. Buiten rinkelen trambellen, voor de halfopen luxaflex lopen mensen langs.
‘De eerste stap is het versturen van een uitnodigingsbrief,’ zegt Rob. Als de bewoners toestemmen met het bezoek, komt hij langs en bespreken ze aan de hand van een vragenlijst onderwerpen als mobiliteit, vervoer, zorg, zelfredzaamheid. ‘Maar het gaat juist om de verhalen náást de vragen, want die geven een goed beeld. Je komt bij heel verschillende mensen thuis, en je krijgt een indruk van wie er zoal in het Zeeheldenkwartier wonen. Die huisbezoeken zijn leuk en interessant. Echt doewerk. ‘ Ook leert hij door de gesprekken veel over de geschiedenis van de wijk. Een groenteboer bijvoorbeeld, die vroeger met zijn bootje vanuit het Westland naar Den Haag vaarde, bij de Zuidwal afmeerde en vervolgens met een kar door de wijk liep om zijn groenten te verkopen.
‘Maar het is niet de bedoeling dat wij dingen gaan oplossen of handige tips geven,’ vertelt Rob. ‘We vullen samen het formulier in.’ Aan het eind van het gesprek kunnen ze aangeven of ze contact willen met de ouderenconsulent, en is er eventueel een sociaal team. Ook krijgen ze een folder, de ouderenwijzer, met adressen en telefoonnummers. ‘Daar staat echt álles in.’
Zijn ervaring als opbouwwerker in Kortenbos, waarbij hij samenwerkte met betrokkenen, bewonersorganisatie en de gemeente om het leef- en woonmilieu in de wijk te verbeteren, komt goed van pas. ‘Omdat je dat werk hebt gedaan, is je blik is anders.’ Rob ziet het meteen; de zeven treden vóórdat je bij de lift bent, drempels van tien centimeter, bochten waar ouderen met een scootmobiel niet doorheen kunnen. En in de Prins Hendrikstraat de tafels, stoelen en plantenbakken op de stoep. ‘Heel gezellig. Heel leuk. Maar ouderen met een rollator of scootmobiel kunnen er amper langs.’
Van de huisbezoeken komt het gesprek op het belang van tram 16, het nut van het Prins Hendrikplein als fietsomgeving voor kleine zeehelden, en de bocht van de Zoutmanstraat, waar fietsers regelmatig met hun voorwiel in de tramrails terecht komen. Rob schrijft en belt de gemeente, laat zich zien bij debatten en informatiebijeenkomsten. Het is duidelijk; deze zeeheld vaart op een sociaal betrokken kompas.
Dit interview met vrijwilliger Rob Saager werd eerder gepubliceerd in het Zeeheldennieuws #3, 2019.